De woordendelta ligt er droog en verlaten bij
Eenzaam achtergebleven, geen letters meer vrij
Ronddraaien, het voelt ongewoon sprakeloos aan
Troostend water, tranen in het licht van de maan
Ingegraven duivel, in zijn ontoegankelijke doos
Eigenzinnig toeslaand, spartelend, meedogenloos
Nietige beelden, op een groot scherm vertoond
Trefzeker dat fluisterend stemmetje, de warmte loont
Wacht niet op ontwaken, tot het spraakwater verdampt
Aanvallen, alsof men de hele wereld bekampt
Al gauw klautert nieuw leven, zachtjes uit het hol
Langzaam komen de woorden met een sleutelrol
Frustratie stapt weg, het leven herneemt zinvol.